Nepnieuws

Nieuws is overal om ons heen: we komen er elke dag wel mee in aanraking. Bijvoorbeeld op Facebook of wanneer je de televisie aanzet en het journaal net begint. Nieuws is vaker aanwezig en toegankelijker voor veel leerlingen dan je op het eerste zicht zou denken. Maar voor kinderen is het vaak niet evident om te achterhalen welke informatie betrouwbaar is, welke vormen van nieuws er allemaal zijn, hoe ze moeten omgaan met beelden in het nieuws …  Bovendien wordt nieuws vaak ook gebruikt in de lessen als bron.

Meer weten? Lees onze Mediawegwijzer Dit was het nieuws.

Het is belangrijk dat kinderen meer inzicht krijgen in hoe nieuws tot stand komt en hoe ze kritisch en bewust kunnen omgaan met nieuws en informatie.

Wat je zeker moet weten over (nep)nieuws.

Al van kleins af aan zijn kinderen gefascineerd door wat er om hen heen gebeurt. Als ze ouder worden, ontwikkelen ze vaardigheden om die wereld ook te begrijpen. 

  • 7 jaar en jonger: Tot een jaar of 4 is het nieuws vooral verwarrend. Peuters en kleuters kunnen nog geen onderscheid tussen feit en fictie maken en missen de woordenschat en het begrip om naar het nieuws te kijken. Tot een jaar of 6 betrekken ze alles op zichzelf: wat zich aan de andere kant van de wereld voordoet, kan in hun ogen net zo goed thuis of op school gebeuren.
  • Tussen 8 en 12 jaar: Kinderen praten over alles wat hun pad kruist. Ook het nieuws. In de klas proeven ze voor het eerst van de actualiteit, op de speelplaats dikken ze de waarheid aan met details van grote zus of broer of dingen die ze online lezen. Niet al die informatie is op hun maat, laat staan betrouwbaar. Praat met hen over wat ze al weten, en stel bij waar nodig.
  • Vanaf 12 jaar: Tieners gaan op zoek naar een eigen mening. Goed en kwaad zijn niet langer zwart-wit, en informatie wordt meer en meer aan een kritische blik onderworpen.

Het is de vaardigheid om nieuwsmedia te raadplegen, te evalueren en er zelf toe bij te dragen op verschillende manieren.

 

Kritisch stilstaan bij de kwaliteit, herkenbaarheid of geloofwaardigheid van nieuws is belangrijk, maar vertrouwen in nieuws primeert. Geef voldoende goede voorbeelden, zodat jongeren voeling met journalistiek en nieuws krijgen. Ook zelfredzaamheid staat hier centraal: wanneer jongeren het gevoel hebben dat ze kritisch met nieuws kunnen omgaan, raadplegen ze ook vaker nieuws en schatten ze het belang van nieuwswijsheid hoger in.

Nieuws is slechts een selectie en interpretatie van wat in de wereld gebeurt. 

Sociale media zijn een belangrijk nieuwsplatform voor jongeren zowel om informatie te zoeken als te delen. Maar wat velen niet weten is dat nieuws online gepersonaliseerd is door het zoek- en klikgedrag waardoor je een zeer eenzijdige berichtgeving kan krijgen.

 

Op basis van eerder online surf- en zoekgedrag gaan algoritmen aan de slag om zoekresultaten of nieuwsartikelen te tonen die daar het best op aansluiten. Klinkt handig, niet? Misschien, maar zo kom je in een filterbubbel terecht. We krijgen meer eenzijdige informatie en meningen die enkel op de onze aansluiten en ons onvoldoende informeren, waardoor we voeling met andersdenkenden dreigen te verliezen.

Nieuwsredacties gaan meestal op zoek naar een beeld dat opvallend is. Maar beelden zijn er niet enkel om het nieuws aantrekkelijker te maken. Beelden vertellen een eigen verhaal. Het beeld dat gekozen wordt bij een nieuwsitem, heeft een invloed op hoe men een nieuwsartikel leest of naar een nieuwsfragment kijkt. Nieuwsredacties denken dus goed na over de beelden die ze gebruiken bij een nieuwsitem.

 

Bovendien wordt beeldmateriaal wordt vaak gebruikt om te bewijzen of een bericht echt is of niet. Op het eerste zicht lijken deze beelden objectief. Maar is het wel zo? Soms worden afbeeldingen of videobeelden gebruikt die al eens ergens anders verschenen zijn.

Elke vorm van valse informatie met als doel om mensen te misleiden voor politieke (bijvoorbeeld stemmen winnen) of commerciële (bijvoorbeeld geld verdienen via advertenties) doeleinden.

Tips voor jou als leerkracht

Op die manier leren ze dat er meer nieuwsbronnen zijn dan diegene die via sociale media op hen afkomen.

Er zijn verschillende elementen om te zien of iets betrouwbaar is zoals de auteur, bron, aangehaalde bronnen, datum, medium, doel, de url …

Neem niet zomaar informatie over maar raadpleeg ook andere bronnen. Tegenstrijdige informatie is niet altijd helemaal te voorkomen. Ook wetenschappers spreken elkaar wel eens tegen! Maak op grond van eigen analyse en inzicht de keuze welke informatie je wel accepteert en welke niet.

 

Je kan hiervoor de VTS (visual thinking strategy) gebruiken. Neem je de tijd om naar beelden te kijken en ze in groep te bespreken. Drie vragen:

  1. Wat gebeurt er in dit beeld? (Vraag niet: wat zie je?)
  2. Wat zie je waardoor je dit zegt? (Zo krijg je argumenten voor de interpretatie)

Wat gebeurt er nog meer? (Er is altijd meer te vinden)

0. Opwarmertje

Start de les door 3 weetjes over jezelf te vertellen. Twee van deze weetjes zijn juist, één is nep. De leerlingen proberen te achterhalen welke nep zijn. Zo komen ze op een speelse manier in contact met "nepnieuws"!

Maak nadien een woordspin rond het woord ‘nieuws’:

  • Wat is nieuws?
  • Waar vind je nieuws?
  • Wanneer is het betrouwbaar?
  • Is het altijd betrouwbaar?
  •  …

1. Bekijk de aflevering

Bekijk samen met de leerlingen naar de aflevering van Karrewiet over Nepnieuws.

Nadien kan je een woordspin verder aanvullen door extra vragen te stellen over het filmpje:

  • Waarover ging het filmpje?
  • Wat was de vraag van Juliette?
  • Is nepnieuws enkel over bekende mensen?
  • Wat doen journalisten voor ze een artikel schrijven?
  • Wat is dat, een journalist?

2. Debat: Nieuws

3. Quiz: Echt of nep

4. Opdracht: Maak zelf (nep)nieuws

* DSVM Extra Nepnieuws kwam tot stand in samenwerking met de lerarenopleiding lager onderwijs Thomas More.